17. Ongeval, letsel, ziekte

17.1 Het water verlaten en zitten op de rand

Een speler mag tijdens het spel alleen het water verlaten of op de trappen of de rand van het zwembad zitten of staan in geval van een ongeval, blessure, ziekte of met toestemming van een scheidsrechter. Een speler die legitiem het water heeft verlaten, mag, bij een onderbreking van het spel en met toestemming van een scheidsrechter terugkeren vanuit het terugkomvak van het team. 

17.2 Onderbreking bij bloedende wond

Als een speler een bloedende wond heeft, gebied de scheidsrechter de speler onmiddellijk het water uit te gaan, met het onmiddellijk inkomen van een wisselspeler en de wedstrijd zal zonder onderbreking worden voortgezet. Wanneer het bloeden is gestopt, mag de speler als wisselspeler aan de wedstrijd deelnemen. 

17.3 Ongeluk, blessure of ziekte

Als zich een ongeluk, blessure of ziekte voordoet, anders dan een bloedende wond, mag een scheidsrechter, naar zijn goeddunken, de wedstrijd maximaal drie minuten onderbreken. In dat geval instrueert de scheidsrechter de tijdopnemer wanneer de periode van onderbreking ingaat. 

17.4 Hervatting spel na ongeval, blessure, ziekte en bloedende wond

Als het spel wordt onderbroken door een ongeval, blessure, ziekte, bloedende wond of andere onvoorziene reden, brengt het team dat in balbezit was op het moment van de onderbreking de bal bij de spelhervatting in het spel op de plaats waar de bal was voor de onderbreking. 

17.5 Deelname na letsel

Behalve in de omstandigheden van VI.17.2 (bloedende wond), mag de speler niet verder deelnemen aan het spel als er een wisselspeler in het veld is gekomen. 

17.6 Geweldadigde actie beoordelen door VAR

Als de scheidsrechter, VAR-assistent-scheidsrechter of gedelegeerde vermoedt dat er mogelijk een gewelddadige actie heeft plaatsgevonden, mogen de scheidsrechters de VAR beoordelen volgens het VAR-protocol (Bijlage 7).